< vorige | volgende > | INDEX | 🔍
Ruimteschip van de Pelewons (PR1427)
In het jaar 480 NGT, ten tijde van de grote onrust in de Melkweg, worden door de onderneming DELTA-SPACES de eerste therapie-ruimteschepen voor de vliegende artsen van TAHUN gebouwd. De firma DELTA-SPACES was oorspronkelijk gespecialiseerd in het bouwen van kleine luxe-schepen en de therapie-schepen hebben hetzelfde grondontwerp als deze. Er hangt nog steeds een sfeer van luxe hoewel het esthetische design en de strakke lijnen van het schip recht doen aan de functionaliteit. De afmetingen van het schip zijn afhankelijk van behoefte en functie.
Met de nieuwe therapie-schepen vliegen de artsen hun patiënten na hun genezing terug naar Phoenix, de basisplaneet van de Vrijhandelaren. Tijdens de reis neemt de patiënt deel aan een afsluitende groepstherapie.
Tekening en tekst © Walter Hellekamps
Exposé-design: André Höller
© VPM Verlagsunion Pabel Moewig KG, D-76413 Rastat

1427 plantekening © Walter Hellekamps

1427 plantekening © Walter Hellekamps
Algemeen:
Breedte boeg: 100m; middenstuk: 192m; achtersteven: 138m. Hoogte (max): 110m; lengte (max): 508m. Motor: gravo-motor in atmosfeer; subfotisch-TW (2 stuks), lineairmotor (2 stuks) met totaal bereik van 2 miljoen lichtjaren, meerdere energiecentrales, positronische rekensystemen, installaties voor horizontale starts. Vaste bemanning: 150 tot 230 Pelewons, afhankelijk van model.
Technische gegevens:
- Uitlaat van remmotor
- Modificeerbaar communicatiemoduul
- Projectors van het bufferscherm van de boeg dat ook defensieve functie heeft
- Installatie voor het invoegen van modulen met een verschillende functie, vooral peil- en analyse-units maar ook een communicatiesystemen
- Noodstroomaggregaat op kernfusiebasis
- Generator voor bufferscherm
- Centrale
- Woonafdeling van de bemanning van de centrale
- Boegkanonnen, gecombineerde desintegratie en configuratie
- Laad- en doksluis (gesloten)
- Links: tractiestraalunit voor bergingswerk, 160 graden draaibaar. Rechts: narcosestraalkanon, een tweede bevindt zich op het centrale gedeelte
- Remmotor met draai-installatie
- Reparatie- en onderhoudssluis
- Machinekamer met verschillende installaties ten behoeve van vrachtschepen. Daaronder lange gangen en installaties voor controle en instandhouden van leefcondities in schip
- Laadruimte met antigraaf-transportsystemen, links de centrale
- Gravomotormoduul, elke 2 er van aan een kant vormen een functionele eenheid waarvan de werking lijkt op die van de buitenstroomgravojet
- Voorste landingspoten (3 stuks)
- Platform voor laden en lossen
- Laadruimte, achterin goederen-AZ-schacht
- Kanon, uitschuifbaar, als nr. 9
- Middelste landingspoten (3 stuks), te zien is ookde verbinding met de verzorgingsterminal van het landingsterrein
- Projectors van HO- en paratronscherm
- Kanon, gewone type
- Verzorgingsdek met energieverdelers, transformators, regelmechanismen voor samenstelling lucht enz.
- Woonafdeling voor bemanning en passagiers; zichtbaar is een deel van het bovendek met ontspanningsruimtes
- Hangarcomplex bestaande uit 6 landingsvelden in hermetisch af te sluiten landingsbaaien
- Centrale vliegtunnel. De 2 hangarcomplexen zijn met elkaar verbonden, in het midden bevindt zich een laadstation
- Landingsveld met gravomechanische verankering voor sloepen
- Service-afdeling van de hangar met werkplaatsen, magazijnen met reserve-onderdelen enz.
- Vertrek- en aankomstsluis
- Machinehal met generators voor beveiligingsschermen, systemen voor regelen van de samenstelling van de lucht en andere systemen
- Energiecomplex;maakt gebruik van hetzelfde principe als de hypertroopaftapper maar is 40 % minder efficiënt. Hier staan ook de bijbehorende transformators; computersystemen in het dek er onder
- Een van de subfotische sloepen. Enkele sloepen zijn uitgerust als tractiesleper en kunnen vrij grote ladingen transporteren. Op dit moment zijn de sloepen bewapend
- Nood-energiecentrale op NU-gasbasis voor machinekamer en woonafdeling (2 stuks). De door deze centrale geleverde energie wordt ook gebruikt op momenten waarop veel energie nodig is
- Achterste landingspoten (6 stuks)
- Lineairmotor met max. bereik van 1 mijl. LJ. De motoren komen via de achtersteven op hun plaats en zijn tamelijk gemakkelijk te vervangen
- Subfotische motor, modulaire opbouw en gebouwd als inschuifbaar blok
- Aggregaat voor besturing tijdens subfotische vluchten. Werkt door verandering richting TW-straal
- Opening subfotische TW-motor
- AZ-schachten van het station in het orbit, in deze vorm hoofdzakelijk voor goederentransport
- Tractiestraalzwever, vaak gebruikt op landingsinstallaties die werken zonder volautomatische systemen
- Personenzwever
- Laadschacht van het station
- Vrachtdek, hier containerdek
- AZ-schacht naar hangars voor sloepen en zwevers
- Vliegschacht, vooral gebruikt bij regeling toewijzing landingsplaats van aankomende schepen
- Hangar voor aankomende schepen
- Verkeersgeleidecentrale.